Welke stoffen zitten er in dit middel?
De werkzame bestanddelen zijn piperacilline en tazobactam.
Piperacilline/Tazobactam Eugia 2 g/0,25 g:
Elke injectieflacon bevat piperacilline (als natriumzout), overeenkomend met 2 g piperacilline, en tazobactam (als natriumzout), overeenkomend met 0,25 g tazobactam.
Piperacilline/Tazobactam Eugia 4 g/0,5 g:
Elke injectieflacon bevat piperacilline (als natriumzout), overeenkomend met 4 g piperacilline, en tazobactam (als natriumzout), overeenkomend met 0,5 g tazobactam.
Er zijn geen andere bestanddelen.
Hoe ziet Piperacilline/Tazobactam Eugia er uit en hoeveel zit er in een verpakking?
Poeder voor oplossing voor infusie.
Wit tot gebroken wit poeder.
Dit middel wordt geleverd in verpakkingen van 1, 10 en 12 injectieflacons in een doos met bijsluiter.
Het is mogelijk dat niet alle genoemde verpakkingsgrootten in de handel worden gebracht.
Houder van de vergunning voor het in de handel brengen
Eugia Pharma (Malta) Limited
Vault 14, Level 2, Valletta
Waterfront, Floriana
FRN 1914, Malta
Fabrikant
Milpharm Limited
Ares, Odyssey Business Park
West End Road
South Ruislip HA4 6QD
Verenigd Koninkrijk
of
APL Swift Services (Malta) Limited
HF26, Hal Far Industrial Estate, Hal Far
Birzebbugia, BBG 3000
Malta
Deze bijsluiter is voor de laatste keer goedgekeurd in september 2022.
Piperacilline/Tazobactam Eugia, 2 g/0,25 g & 4 g/0,5 g, poeder voor oplossing voor
|
|
|
infusie
|
RVG 102348, 102350
|
|
|
|
|
|
|
Module 1 Administrative information and prescribing information
|
|
|
|
|
|
|
1.3.1 Bijsluiter
|
|
Rev.nr. 2205
|
Pag. 8 van 9
|
|
|
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
De volgende informatie is alleen bestemd voor artsen en andere beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg:
Piperacilline/Tazobactam Eugia 2 g/ 0,25 g Piperacilline/Tazobactam Eugia 4 g/ 0,5 g poeder voor oplossing voor infusie
Dit is een fragment uit de Samenvatting van de Productkenmerken (SPC), ter ondersteuning van de toediening van Piperacilline/Tazobactam Eugia. Bij het bepalen van de geschiktheid van een geneesmiddel voor een bepaalde patiënt, dient de voorschrijver op de hoogte te zijn van de SPC.
Voor langzame intraveneuze infusie.
Gevallen van onverenigbaarheid met oplosmiddelen en andere geneesmiddelen
-
RINGER-LACTAAT (HARTMANN-OPLOSSING) IS NIET VERENIGBAAR MET PIPERACILLINE/TAZOBACTAM EUGIA.
-
INDIEN PIPERACILLINE/TAZOBACTAM EUGIA GELIJKTIJDIG MET EEN ANDER ANTIBIOTICUM [BIJV. AMINOGLYCOSIDEN] WORDT GEBRUIKT, MOETEN BEIDE MIDDELEN AFZONDERLIJK WORDEN TOEGEDIEND. HET IN VITRO MENGEN VAN PIPERACILLINE/TAZOBACTAM EUGIA MET EEN AMINOGLYCOSIDE KAN HET AMINOGLYCOSIDE INACTIEF MAKEN.
-
PIPERACILLINE/TAZOBACTAM EUGIA MAG NIET WORDEN GEMENGD MET ANDERE GENEESMIDDELEN IN EEN INJECTIESPUIT OF INFUUSFLES, OMDAT DE VERENIGBAARHEID NIET IS VASTGESTELD.
-
VANWEGE CHEMISCHE INSTABILITEIT MAG PIPERACILLINE/TAZOBACTAM EUGIA NIET WORDEN GEBRUIKT IN OPLOSSINGEN DIE NATRIUMBICARBONAAT BEVATTEN.
-
PIPERACILLINE/TAZOBACTAM EUGIA MAG NIET WORDEN TOEGEVOEGD AAN BLOEDPRODUCTEN OF ALBUMINEHYDROLYSATEN.
INSTRUCTIES VOOR GEBRUIK, VERWERKING EN VERWIJDERING
De reconstitutie/verdunning moet plaatsvinden onder aseptische omstandigheden. De oplossing moet vóór toediening visueel worden geïnspecteerd op onopgeloste deeltjes en verkleuringen. De oplossing mag alleen worden toegediend als deze helder is en geen vaste deeltjes bevat.
Instructie voor het steken van de naald door de rubberen stop:
Om het uitboren van de plug te voorkomen, wordt het aanbevolen om bij het steken van de naald door de rubberen stop voor de reconstitutie van het product, een naald met een buitendiameter van 0,8 mm of kleiner te gebruiken.
De naald mag alleen in het midden van de rubberen stop in verticale richting worden gestoken.
Uitsluitend voor eenmalig gebruik. Gooi alle ongebruikte oplossing weg.
Alle ongebruikte geneesmiddelen of afvalmaterialen dienen te worden vernietigd overeenkomstig lokale voorschriften.
Steriele oplosmiddelen voor bereiding van de gereconstitueerde oplossing:
-
Steriel water voor injectie
-
9 mg/ml (0,9%) natriumchloride voor injectie
-
Dextrose 50 mg/ml (5%) in water
-
Dextrose 5% in 0,9% natriumchlorideoplossing
Piperacilline/Tazobactam Eugia, 2 g/0,25 g & 4 g/0,5 g, poeder voor oplossing voor
|
|
|
infusie
|
RVG 102348, 102350
|
|
|
|
|
|
|
Module 1 Administrative information and prescribing information
|
|
|
|
|
|
|
1.3.1 Bijsluiter
|
|
Rev.nr. 2205
|
Pag. 9 van 9
|
|
|
Richtlijnen voor verdunning (intraveneuze infusie)
Elke injectieflacon Piperacilline/Tazobactam Eugia 2 g/0,25 g moet worden gereconstitueerd met 10 ml van een van bovenstaande oplosmiddelen.
Elke injectieflacon Piperacilline/Tazobactam Eugia 4 g/0,5 g moet worden gereconstitueerd met 20 ml van een van bovenstaande oplosmiddelen.
Zwenken tot alle poeder is opgelost.
De gereconstitueerde oplossing kan verder worden verdund tot de concentratie van 13,33/1,67 ml/ml tot 80/10 mg/ml met de volgende verdunningsmiddelen.
-
Steriel water voor injectie
-
9 mg/ml (0,9%) natriumchloride voor injectie
-
Dextrose 50 mg/ml (5%) in water
-
Dextrose 5% in 0,9% natriumchlorideoplossing
SPECIALE VOORZORGSMAATREGELEN BIJ BEWAREN
Ongeopende injectieflacons: Bewaren beneden 25 °C.
De gereconstitueerde/verdunde oplossingen van het geneesmiddelproduct zijn fysisch compatibel en chemisch stabiel over een periode van 24 uur bij gecontroleerde kamertemperatuur (25 °C) en 48 uur bij 2-8 °C.
Vanuit microbiologisch oogpunt dient het product direct na het mengen en verdunnen te worden toegediend. Als het niet onmiddellijk wordt gebruikt, valt de houdbaarheid en gebruiksomstandigheden, onder de verantwoordelijkheid van de gebruiker en zal normaal gesproken niet langer zijn dan 24 uur bij 2-8 °C, indien reconstitutie en verdunning bij gecontroleerde en gevalideerde aseptische omstandigheden heeft plaatsgevonden.