Dosering bij behandeling van patiënten met een onvoldoende vasopressine-productie (centrale diabetes insipidus)
Uw arts stelt de meest geschikte dosering individueel vast. Als u volwassen bent kunt u starten met een testdosis van 10 µg (komt overeen met één pufje neusspray 0,1 mg/ml). Uw arts kan eventueel de dosis verhogen tot 20 µg. In het algemeen zal uw urineproductie normaliseren met doses van 10 tot 20 µg tweemaal daags.
Bij een juiste dosisinstelling zal bij u, met een onvoldoende vasopressine-productie, de per dag geproduceerde hoeveelheid urine weer normaliseren tot ongeveer 1,5 liter/dag. Overleg met uw arts als het gewenste effect niet of onvoldoende optreedt om de dosering aan te passen.
rvg 27799=24278 PIL 1.3.1 0708.3v.HC
DESMOPRESSINE–ACETAAT 0,1 MG/ML PCH neusspray (oplossing)
Dosering bij het vaststellen van de aandoening centrale diabetes insipidus
Het gebruik van een dosis van 20 µg en het effect ervan op uw urine geeft aan of u al dan niet lijdt aan centrale diabetes insipidus.
Dosering bij het testen van het functioneren van de nieren
Om te testen of uw nieren voldoende functioneren kunt u de volgende dosis gebruiken:
- Volwassenen en kinderen ouder dan 15 jaar: 40 µg
- Kinderen jonger dan 15 jaar: 20 µg
- Zuigelingen: 10 µg
Tevens zult u uw vochtinname moeten beperken. Uw arts zal het zoutgehalte in uw urine controleren.
Gebruiksinstructies
Dit geneesmiddel is effectief wanneer het door het neusslijmvlies wordt opgenomen in het lichaam. Het is daarom belangrijk dat de vloeistof in de neus blijft en niet wordt doorgeslikt. De sprayflacon bevat voldoende vloeistof voor 50 doses van 10 microgram per verstuiving.
1. Snuit eerst de neus en verwijder dan het beschermdopje.
2. Om een zo nauwkeurig mogelijke dosering te krijgen, dient het flesje zodanig gehouden te worden dat het uiteinde van het slangetje zich onder vloeistofniveau bevindt (zie figuur).
3. Houd het flesje zoals in de figuur staat aange- geven, vast. Voordat Desmopressine-acetaat 0,1 mg/ml PCH neusspray voor het eerst wordt
gebruikt, dient de pomp te worden gevuld. Dit wordt bewerkstelligd door de pomp 5 keer in te drukken, totdat een gelijkmatige nevel wordt verkregen. De neusspray is dan klaar voor gebruik. Indien de neusspray niet dagelijks gebruikt wordt, dient de pomp opnieuw te worden gevuld.
4. Buig uw hoofd achterover en plaats het neus- stukje in een neusgat. Houd uw adem in. Druk het pompje 1 keer in. De vloeistof daar- na niet opsnuiven. In het geval dat 2 of meer verstuivingen zijn voorgeschreven wordt afwisselend in het linker en het rechterneusgat verstoven. Wanneer meer dan 1 dosis per neusgat moet worden gedoseerd, dient tussen
elke twee doseringen een pauze van ongeveer 1 minuut in acht te worden genomen.
5. Na gebruik wordt het beschermdopje weer op het neusstukje geplaatst. Bewaar de flacon bij een temperatuur niet boven 25°C.
rvg 27799=24278 PIL 1.3.1 0708.3v.HC
DESMOPRESSINE–ACETAAT 0,1 MG/ML PCH neusspray (oplossing)
Duur van de behandeling
Bij de behandeling van aandoeningen met een onvoldoende vasopressine-produktie duurt de behandeling in principe levenslang. Raadpleeg hierover uw arts.
Indien u vergeten bent een dosis te gebruiken
Hierbij kunnen de symptomen van de aandoening weer terugkeren.
Wat u moet doen als u meer van Desmopressine-acetaat 0,1 mg/ml PCH heeft gebruikt dan u zou mogen
Wanneer u zéér hoge doses heeft gebruikt, kunnen de volgende (voorbijgaande) verschijnselen optreden: blozen, hoofdpijn en duizeligheid.
In geval van overdosering, of wanneer u te veel drinkt tijdens de behandeling, kan een zogenaamde watervergiftiging ontstaan. Maag-darmkrampen, verwardheid of sufheid zijn hiervan symptomen. Wanneer dit optreedt dient u een arts te waarschuwen. U mag dan niet meer drinken of vloeibaar voedsel gebruiken.