Waarvoor wordt dit middel gebruikt?
Farmaceutische vorm en inhoud
De crème wordt geleverd in tubes van 15 gram en 30 gram én in polypropyleen potten van 500 gram.
Geneesmiddelengroep
Triamcinolonacetonide heeft een sterk ontstekingsremmende en vaatvernauwende werking. Het behoort tot de groep van de zogenaamde corticosteroïden.
Toepassing van het geneesmiddel
De crème wordt toegepast bij oppervlakkige huidaandoeningen welke gepaard gaan met ontstekingsreacties en (meestal) jeuk en welke niet door bacteriën, virussen of schimmels worden veroorzaakt.
Voorbeelden: psoriasis (schilferende, droge huiduitslag), lichenificatie
(huidaandoening gepaard gaande met de vorming van kleine of grote verhevenheden op de huid met grof reliëf), lichen planus (kleine, glanzende, hevig jeukende rose tot blauwachtige knobbeltjes), lichen sclerosus et atrophicus ("white spot disease": huidaandoening gepaard gaande met een ivoorkleurige huiduitslag), lupus erythematosus discoides (vlindervormige huiduitslag welke vaak gepaard gaat met koorts), ziekte van Andrews-Barber (zeer hardnekkige huiduitslag aan handpalmen en voetzolen, veroorzaakt door een allergische reactie).
Dosering en wijze van gebruik
De dosering zoals voorgeschreven door de arts dient te worden gevolgd.
De gebruikelijke dosering is:
In het begin de crème ‘s morgens en ‘s avonds aanbrengen op de aangedane huid en zachtjes inwrijven. Na enkele dagen de crème eenmaal per dag aanbrengen. Bij verbetering van de symptomen wordt de crème meestal 2 tot 3 maal per week aangebracht. In het algemeen dient men niet meer dan 30 tot 60 gram crème per week te gebruiken.
Wat u moet doen wanneer u teveel Cremor Triamcinolonacetonide 0,1% A, creme 1 mg/g heeft gebruikt
Omdat de crème wordt gesmeerd op de huid, is de kans op opname van de werkzame stof in het bloed erg klein. Indien u langdurig grote oppervlakken van de huid behandelt met de crème (vooral als tegelijkertijd de ingesmeerde huidgedeelten worden afgedekt) kan echter een zodanige hoeveelheid werkzame stof in het bloed komen, dat er remming van de bijnierschors optreedt. Dit kan zich o.a. uiten als verminderde weerstand tegen "stress-situaties" (zoals bij een operatie of bij een infectie), maagdarmstoornissen (zoals diarree, bráken, maagpijn), koorts, verwardheid, verminderd bewustzijn, stuipen, lichaamszwakte, uitdroging.
In dat geval moet u de crème van de huid afspoelen met water en uw arts raadplegen. Raadpleeg ook de rubriek "Mogelijke bijwerkingen".
Wat u moet doen wanneer u vergeten bent Cremor Triamcinolonacetonide 0,1% A, creme 1 mg/g te smeren
In dit geval hoeft u niets te doen. U moet gewoon doorgaan met het door uw arts voorgeschreven doseringsschema.
1.3.1 SPC, Labelling and Package Leaflet | |
Cremor Triamcinolonacetonide 0,1%A, creme 1 mg/g | 5 |
Versie: februari 2013 |
Effecten die u kunt verwachten wanneer de behandeling met Cremor Triamcinolonacetonide 0,1% A, creme 1 mg/g wordt gestopt
Plotseling stoppen met het gebruik van de crème moet worden ontraden omdat dan de oorspronkelijke klachten in versterkte vorm kunnen terugkomen. Het afbreken van de behandeling dient altijd in overleg met uw arts plaats te vinden.
Advertentie