Alopecia areata:
Circulaire haaruitval, ook bekend onder de technische naam alopecia areata, behoort tot de auto-immuunziekten en kan zich uiten in snel, niet-scharrelend, vlekkerig haarverlies op de hoofdhuid, de wenkbrauwen en de wimpers. Dit kan zich uiten in kale plekken tot volledig haarverlies en kan niet alleen lichamelijke, maar ook negatieve psychosociale gevolgen hebben. Momenteel zijn er behandelingsmogelijkheden die de haargroei hetzij plaatselijk (d.w.z. plaatselijk), hetzij systemisch (d.w.z. op het hele lichaam) moeten stimuleren. Deze omvatten, onder andere:
- Huidirriterende stoffen tegen circulair haarverlies (bijvoorbeeld: anthraline, chrysarobine, capsaïcine en pepertinctuur)
- Oplossingen met het werkzame bestanddeel minoxidil
- Crèmes of oplossingen met glucocorticoïden "cortisone".
- Lokale immunotherapie
- PUVA (d.w.z. psoralenen plus UV-A, fotochemische behandelingsmethode)
Geen van deze behandelingen is echter een oorzakelijke behandelingsmethode. In dit verband is het bij dermatologen al enkele jaren bekend dat een kuur met zogeheten Janus kinaseremmers(afgekort JAK) een positief effect op de ziekte zou kunnen hebben; deze kuur wordt momenteel "off-label" uitgevoerd. Het in de studie gebruikte geneesmiddel, baricitinib, is een orale, selectieve, omkeerbare remmer van JAK en kan de signaaloverdracht (d.w.z. signalen van bepaalde cytokinen die betrokken zijn bij auto-immuunziekten in de lymfocyten) onderbreken, hetgeen van belang is voor het ontstaan van alopecia areata. Daardoor worden de afweercellen niet geactiveerd en wordt de ontstekingsreactie voorkomen.
BRAVE studies:
De placebogecontroleerde, gerandomiseerde, tweedelige fase 3-studie, die in 2022 is gepubliceerd in het New England Journal of Medicine, is uitgevoerd in twee studies ("BRAVE-AA1" en "BRAVE-AA2") met in totaal 1200 deelnemers aan de studie. Deze bestond uit volwassenen met ernstige alopecia areata met haarverlies van ten minste de helft van de hoofdhuid. De ernst van de ziekte werd geëvalueerd met een "SALT"-score (Severity of Alopecia Tool) van 0-100, waarbij 0 staat voor geen haarverlies en 100 voor totaal haarverlies van de hoofdhuid. Patiënten werden verdeeld in groepen in een 3:2:2 verhouding. Zij kregen ofwel eenmaal daags een dosis van 4 mg baricitinib, een dosis van 2 mg of placebo. Het primaire einddoel was een SALT-score van 20 of minder aan het eind van de interventiefase van 36 weken.
Hernieuwde haargroei:
Meer dan de helft van de deelnemers aan de studie vertoonde een SALT-score van 95 - 100, en ongeveer 30% had alopecia universalis, verlies van al het lichaamshaar. Slechts 10 % van de deelnemers had nog geen eerdere therapie geprobeerd. In totaal hebben 654 patiënten deelgenomen aan het eerste deel, de BRAVE-AA1-studie, en 546 patiënten aan het tweede deel, de BRAVE-AA2-studie. Volgens de evaluaties na 36 weken hadden de patiënten een SALT-score van 20 of minder (d.w.z. ten minste 80% haarbedekking van de hoofdhuid):
|
4 mg baricitinib | 2 mg baricitinib |
Placebo |
BRAVE-AA1 |
38,8 % | 22,8 % | 6,2 % |
BRAVE-AA2 |
35,9 % | 19,4 % | 3,3 % |
In het eerste deel bedroeg het verschil tussen de 4 mg- en de placebogroep 32,6 % en tussen 2 mg en placebo 16,6 %. Dezelfde waarden voor het tweede deel van de studie waren: 32,6% verschil tussen 4 mg en placebo en 16,1% tussen 2 mg en placebo.
Bij een derde van de patiënten die de hogere dosis kregen, groeide het haar weer aan. In de BRAVE-AA2 studie vertoonde 38,9% van de patiënten met de hogere dosis een hergroei van het wenkbrauwhaar, terwijl 36,8% een hergroei van de wimpers vertoonde. Acne, verhoogde creatinekinasespiegels en verhoogde HDL- (ongeveer 40% van de patiënten) en LDL-cholesterolspiegels (ongeveer 25% van de patiënten) werden vaker geregistreerd in de baricitinibgroepen dan in de placebogroep. Eén patiënt stopte voortijdig met de studie vanwege ernstige infecties.
Conclusie:
Het orale geneesmiddel baricitinib dat in de twee fase 3-studies werd gebruikt, was volgens de studieresultaten na 36 weken significant superieur aan het gebruikte placebo wat de hergroei van het haar betreft. Volgens de onderzoekers zijn, ondanks de positieve resultaten, langere studies nodig om de werkzaamheid en veiligheid van het geneesmiddel baricitinib bij circulair haarverlies te evalueren.